maart 15, 2024

Uw KMO kan wel degelijk de strijd met multinationals winnen, niet door lager te bieden, maar door slimmer te zijn en uw lokale voordelen te kwantificeren.

  • Focus op uw reactiesnelheid die objectief dagen sneller is dan die van een logge multinational.
  • Benadruk de lagere Total Cost of Ownership (TCO) dankzij lokale nabijheid en verminderde risico’s.

Aanbeveling: Kwantificeer deze lokale voordelen in elke offerte om uw ‘Made in Flanders’-stempel onweerstaanbaar te maken voor elke aankoopmanager.

U kent het gevoel: een grote aanbesteding van een multinational, perfect voor uw bedrijf, maar de opdracht gaat naar een internationale speler die op het eerste gezicht goedkoper is. Het is een frustratie die veel Vlaamse KMO-eigenaars delen. U voelt zich “te klein”, “te duur” en machteloos tegenover de schaalvoordelen van de Goliaths in uw sector. U hoort vaak dat u ‘flexibeler’ bent en ‘betere service’ biedt. Hoewel waar, overtuigen deze vage termen een aankoopmanager zelden.

De realiteit is dat de Belgische economie draait op KMO’s. Deze zijn niet alleen de motor van de werkgelegenheid, maar vormen ook een wendbaar en veerkrachtig netwerk. Maar wat als de echte sleutel tot het winnen van die grote contracten niet ligt in het *zijn* van een lokale speler, maar in het *kwantificeren* van die lokale kracht? Wat als u uw wendbaarheid kunt uitdrukken in bespaarde euro’s en uw nabijheid in gegarandeerde bedrijfscontinuïteit voor uw klant? De strategie is niet om te concurreren op de laagste stukprijs, maar op de laagste Total Cost of Ownership (TCO).

Dit artikel is uw strategische gids. We ontleden precies hoe u uw Vlaamse verankering omzet in harde, meetbare argumenten die zelfs de meest cijfergerichte aankoopmanager overtuigen. We duiken in de concrete voordelen, van reactiesnelheid tot supply chain, en tonen u hoe u uw lokale identiteit niet als een sentimenteel punt, maar als een keihard competitief wapen inzet.

In dit artikel ontdekt u concrete strategieën en direct toepasbare adviezen om uw positie als Vlaamse KMO te versterken en grote opdrachten binnen te halen. Laten we de verschillende hefbomen voor uw succes in detail bekijken.

Waarom reageert u 3 dagen sneller op marktveranderingen dan uw grote concurrent?

De vaak gehoorde platitude is dat KMO’s “flexibel” zijn. Maar dit abstracte begrip overtuigt geen enkele aankoopmanager. De echte kracht ligt in de kwantificering van uw wendbaarheid: uw reactiesnelheid. In een wereld waar supply chains onder druk staan, is snelheid een harde valuta. Terwijl een multinational een beslissing door meerdere lagen hiërarchie en continenten moet jagen, kunt u als KMO-eigenaar vaak binnen het uur een beslissing nemen. Dit vertaalt zich direct in een kortere time-to-market voor uw klant.

De structuur van de Vlaamse economie is hier uw objectieve bondgenoot. De overgrote meerderheid van de bedrijven zijn KMO’s, wat betekent dat de communicatielijnen inherent kort zijn. Volgens cijfers van Business AM blijkt dat in 2019 slechts 1.318 bedrijven meer dan tweehonderd werknemers in dienst hadden in België. Dit illustreert een landschap van korte beslissingscycli. Waar een multinational dagen of weken nodig heeft om een productaanpassing of een logistieke wijziging goed te keuren, kan uw team dit in enkele uren realiseren.

Concretiseer dit in uw offerte. In plaats van te zeggen “we zijn flexibel”, zegt u: “Wij garanderen een beslissing over productaanpassingen binnen 24 uur, tegenover een industriegemiddelde van 72 uur bij grotere spelers.” Dit maakt uw wendbaarheid tastbaar en economisch waardevol. U verkoopt geen flexibiliteit, u verkoopt gewonnen tijd en verminderd risico.

Hoe bouwt u een lokaal partnerschap op dat uw supply chain kosten met 15% drukt?

Alleen bent u misschien klein, maar samen met andere lokale KMO’s vormt u een krachtig front. Een strategisch lokaal partnerschap kan uw supply chain optimaliseren, de kosten aanzienlijk verlagen en een robuust alternatief bieden voor de geïntegreerde, maar vaak rigide, logistiek van multinationals. Het idee is om horizontale synergieën te creëren met bedrijven die complementair zijn aan het uwe.

Denk aan het bundelen van inkoopvolumes met een naburige KMO om betere prijzen te onderhandelen bij een gezamenlijke leverancier. Of deel transport- en opslagfaciliteiten om leegloop te verminderen en vaste kosten te spreiden. Deze samenwerkingen verminderen niet alleen de directe kosten, maar verhogen ook de leveringszekerheid – een cruciaal argument in gesprekken met grote klanten die afhankelijk zijn van just-in-time leveringen.

Deze foto toont een modern Vlaams distributiecentrum waar verschillende lokale transporteurs samenwerken, een perfect voorbeeld van logistieke synergie die leidt tot efficiëntie en kostenbesparing.

Overzichtsfoto van een Vlaams distributiecentrum met samenwerkende lokale transporteurs

Zoals dit beeld illustreert, leidt gecoördineerde samenwerking tot een geoptimaliseerde flow. De sleutel tot succes is een duidelijk juridisch kader, bijvoorbeeld via een Tijdelijke Handelsvennootschap, en het gebruik van een gedeeld managementsysteem voor maximale transparantie. Het opzetten van zo’n partnerschap vergt een initiële investering in tijd en vertrouwen, maar de return on investment is aanzienlijk, zowel financieel als strategisch.

Actieplan: bouw een ijzersterk lokaal supply chain partnerschap

  1. Identificeer complementaire lokale KMO’s met gedeelde klanten, leveranciers of logistieke routes.
  2. Stel een helder en juridisch sluitend samenwerkingskader op, zoals een Tijdelijke Handelsvennootschap, waarin verantwoordelijkheden en baten worden vastgelegd.
  3. Bundel inkoopvolumes voor strategische producten of diensten om een sterkere onderhandelingspositie te creëren en volumekortingen te bekomen.
  4. Analyseer en deel transport- en opslagfaciliteiten om bezettingsgraden te maximaliseren en operationele kosten te drukken.
  5. Implementeer een gezamenlijk (of gekoppeld) supply chain managementsysteem voor real-time transparantie en efficiënte coördinatie.

Vlaio-steun of banklening: wat financiert uw uitbreiding het goedkoopst?

Groei en het aangaan van grotere contracten vereisen vaak investeringen in capaciteit, personeel of technologie. De financiering hiervan is een kritieke vraag voor elke KMO. In Vlaanderen bestaan er traditioneel twee hoofdwegen: overheidssteun, voornamelijk via het Agentschap Innoveren & Ondernemen (Vlaio), en de klassieke banklening. De keuze tussen beide hangt af van uw project, uw timing en uw tolerantie voor administratie.

Vlaio-subsidies, zoals de vroegere kmo-groeisubsidie, bieden het grote voordeel van ‘gratis’ geld (renteloos), maar komen met strikte voorwaarden en een aanzienlijke administratieve last. Het is belangrijk te weten dat, volgens een recente mededeling van VLAIO, de kmo-groeisubsidie werd stopgezet en er geen nieuwe oproepen meer komen. Dit betekent dat KMO’s zich moeten heroriënteren op andere specifieke steunmaatregelen van Vlaio (bv. voor O&O, ecologie, of internationalisering) die mogelijk wel op hun project van toepassing zijn.

Een banklening biedt daarentegen snelheid en flexibiliteit. Binnen enkele weken kan het geld beschikbaar zijn en u bent doorgaans vrijer in hoe u het besteedt, zolang het binnen de bedrijfsactiviteiten past. De keerzijde is uiteraard de rentekost, die uw winstmarge beïnvloedt. De onderstaande tabel, gebaseerd op algemene gegevens van Vlaio en de bankensector, vat de belangrijkste verschillen samen.

Vergelijking van Vlaio-steun versus traditionele bankfinanciering
Criterium Vlaio-steun Banklening
Doorlooptijd 3-6 maanden 2-4 weken
Rentekost 0% (subsidie) 4-7% per jaar
Administratieve last Hoog (rapportering verplicht) Laag tot gemiddeld
Flexibiliteit gebruik Strikt projectgebonden Vrij te besteden binnen bedrijf
Maximumbedrag KMO €50.000 (groeisubsidie) Afhankelijk van kredietwaardigheid

De fout die 30% van de toeleveranciers maakt bij het onderhandelen met grote spelers

De meest gemaakte en duurste fout die een KMO kan maken in onderhandelingen met een multinational is concurreren op stukprijs. U zult die strijd bijna altijd verliezen. De echte hefboom is het verschuiven van de discussie van ‘prijs’ naar ‘Total Cost of Ownership’ (TCO). Een aankoopmanager van een multinational is getraind om op de aankoopprijs te focussen, maar is ook gevoelig voor risico’s, verborgen kosten en inefficiënties die zijn eigen processen verstoren. Hier ligt uw kans.

Uw lagere prijsconcurrent uit een lageloonland mag dan wel goedkoper zijn op papier, maar wat zijn de reële kosten? Denk aan langere levertermijnen, hogere transportkosten, risico op douanevertragingen, communicatieproblemen door tijds- en cultuurverschillen, en tragere interventies bij problemen. Door al deze factoren te kwantificeren, toont u aan dat uw ogenschijnlijk hogere prijs op totaalniveau vaak de goedkoopste en veiligste oplossing is. De redactie van Business AM benadrukt de inherente voordelen van KMO’s in dit opzicht:

Bovendien reageren ze ook snel, zijn medewerkers vaak gedrevener en zijn hun diensten vaak kwalitatiever. Multinationals daarentegen zijn veelal star, werken via welomlijnde procedures en het personeel is vaak vastgeroest in hun takenpakket.

– Business AM redactie, Business AM – KMO’s zijn de echte motor van onze economie

Studie: de Total Cost of Ownership (TCO) benadering

Lokale KMO’s die zich succesvol positioneren tegenover internationale concurrenten, benadrukken niet alleen hun prijs, maar vooral hun waarde op totaalniveau. Door de TCO te kwantificeren, maken ze verborgen kosten zichtbaar. Dit omvat factoren als lagere transportkosten, de economische waarde van een snellere interventietijd bij problemen (minder productiestilstand bij de klant), en de garantie op naleving van de Belgische sociale wetgeving (minder juridisch en reputatierisico voor de klant). Door deze elementen in euro’s uit te drukken, kunnen ze aantonen dat hun totaaloplossing vaak significant voordeliger is dan die van een internationale leverancier met een lagere stukprijs.

Hoe verhoogt u uw conversie door uw Vlaamse identiteit slim uit te spelen in offertes?

Uw Vlaamse of Belgische identiteit is meer dan een vlag op uw website; het is een kwaliteitslabel dat u strategisch kunt inzetten. In een geglobaliseerde markt zoeken steeds meer grote bedrijven naar betrouwbare, ethische en duurzame partners. Uw lokale verankering is een direct antwoord op die vraag. In plaats van dit als een vanzelfsprekendheid te beschouwen, moet u het expliciet en overtuigend in uw offertes verwerken.

De Belgische economie is een KMO-economie. Volgens de FOD Economie telt België 1.186.099 btw-plichtige KMO’s, een cijfer dat de ruggengraat van onze economie vertegenwoordigt. Door met u in zee te gaan, investeert een multinational indirect in deze lokale economische motor. Dit “sociaal-economische meerwaarde” argument resoneert sterk in het kader van Corporate Social Responsibility (CSR) doelstellingen van grote bedrijven.

Maak dit concreet in uw commerciële documenten. Voeg een paragraaf ‘Lokale Impact’ toe en benadruk de voordelen van een samenwerking met u:

  • Garantie op conformiteit: Vermeld expliciet “Geproduceerd/geleverd conform de Belgische sociale wetgeving”, wat voor uw klant een garantie is op ethisch en juridisch vlak.
  • Duurzaamheid: Benadruk de lagere CO2-uitstoot door kortere transportafstanden. Kwantificeer dit indien mogelijk.
  • Betrouwbaarheid: Garandeer een snelle interventietijd (bv. “binnen 4 uur ter plaatse”) dankzij uw geografische nabijheid.
  • Sociale bewijskracht: Gebruik testimonials van bekende Belgische referentieklanten om vertrouwen op te bouwen.

Door uw lokale identiteit te framen als een garantie voor kwaliteit, betrouwbaarheid en ethiek, transformeert u een sentimenteel gegeven in een krachtig verkoopargument.

Wanneer heeft u recht op FIT-subsidies voor uw buitenlandse prospectiereis?

Internationalisering is een logische groeistap, zelfs als u lokaal sterk staat. Flanders Investment & Trade (FIT) is hierbij een cruciale partner voor Vlaamse KMO’s. FIT biedt subsidies die de financiële drempel voor internationale prospectie aanzienlijk kunnen verlagen. U heeft doorgaans recht op deze subsidies als u een KMO bent met een vestiging in Vlaanderen en een concreet plan heeft om een nieuwe buitenlandse markt te betreden of uw positie op een bestaande exportmarkt te versterken.

De subsidies dekken een percentage van de kosten verbonden aan prospectiereizen, deelname aan internationale beurzen of het opzetten van digitale marketingcampagnes gericht op het buitenland. Een belangrijke voorwaarde is dat u kunt aantonen dat de activiteit een duidelijk commercieel doel heeft en niet louter dient voor algemeen netwerken. U moet een gedetailleerd plan indienen dat de doelmarkt, de geplande acties en de verwachte resultaten beschrijft.

Sinds de pandemie heeft FIT het aanbod ook verbreed, waardoor ook digitale initiatieven in aanmerking komen. Dit kan een zeer kostenefficiënte manier zijn om nieuwe markten te verkennen zonder de hoge kosten van fysieke reizen.

Studie: Digitale prospectie als kostenefficiënt alternatief

Flanders Investment & Trade (FIT) heeft zijn subsidieaanbod verbreed naar digitale alternatieven voor fysieke prospectie. Vlaamse KMO’s kunnen nu ook financiële steun aanvragen voor deelname aan virtuele beurzen en online B2B-matchmaking sessies. Deze subsidie kan tot 50% van de kosten dekken voor deze digitale marktverkenning. Dit biedt een laagdrempelige en kostenefficiënte manier om internationale contacten te leggen, de markt te testen en leads te genereren, vaak met een hogere ROI dan een traditionele, dure prospectiereis.

Waarom is een leerling op de werkvloer goedkoper dan een interimmer op lange termijn?

Op korte termijn lijkt een interimmer een snelle en flexibele oplossing voor extra werkkracht. Maar als we opnieuw de bril van de Total Cost of Ownership (TCO) opzetten, wordt het duidelijk dat investeren in een leerling via een systeem als duaal leren op de lange termijn vaak veel voordeliger is. Het is een strategische investering in de toekomst van uw bedrijf, niet zomaar een kostenpost.

Volgens RSZ-cijfers vormen KMO’s 99,3% van de werkgevende ondernemingen in de privésector in België. Zij zijn de ideale omgeving om jong talent te vormen. Een interimmer kost op uurbasis vaak 150% tot 200% van een regulier loon, terwijl een leerling een aanzienlijk lagere vergoeding ontvangt. De initiële investering zit in de opleidingstijd, maar die betaalt zich dubbel en dik terug.

De TCO-berekening toont het verschil duidelijk aan. Hier zijn de factoren die u moet meenemen in uw vergelijking:

  • Directe kosten: Het uurloon van een leerling is aanzienlijk lager dan de factuur van een interimkantoor.
  • Kennisbehoud: Een interimmer vertrekt en neemt alle opgebouwde kennis mee. Een leerling die doorgroeit, wordt een kapitaal van bedrijfsspecifieke expertise. De waarde van dit behouden intellectueel kapitaal is enorm.
  • Productiviteit en loyaliteit: Na een inwerkperiode van 3-6 maanden is een leerling vaak productiever dan een wisselende interimmer, omdat hij de processen en cultuur door en door kent. Dit leidt tot een hogere loyaliteit en een lagere personeelsverloopkost op lange termijn.
  • Rekruteringskosten: Het vinden van een goede leerling via scholen en stageprogramma’s kost voornamelijk tijd. Het constant zoeken en inwerken van nieuwe interimkrachten brengt aanzienlijke verborgen kosten met zich mee.

Belangrijkste inzichten

  • Stop met concurreren op prijs; verschuif de focus in elke onderhandeling naar de Total Cost of Ownership (TCO).
  • Kwantificeer uw wendbaarheid: druk uw snellere reactietijd uit in bespaarde dagen en euro’s voor de klant.
  • Gebruik uw ‘Made in Flanders’-identiteit niet als slogan, maar als een harde garantie voor kwaliteit, ethiek en leveringszekerheid.

Hoe exporteert u vlot naar het VK ondanks de douaneformaliteiten?

De Brexit heeft voor veel Europese bedrijven een muur van administratie en onzekerheid opgetrokken. Voor een Vlaamse KMO, met zijn strategische nabijheid tot het Verenigd Koninkrijk, kan deze uitdaging echter worden omgevormd tot een uniek concurrentievoordeel. Terwijl concurrenten uit Zuid- of Oost-Europa worstelen met complexe logistiek, kunt u zich positioneren als de ‘Brexit-ontzorger’: de partner die een vlotte en gegarandeerde levering aan de overkant van het Kanaal verzekert.

De sleutel ligt in het proactief beheren van de douaneformaliteiten. Door strategische partnerships aan te gaan met douane-expediteurs in havens als Zeebrugge en Oostende, kunt u de volledige afhandeling voor uw klant overnemen. U verkoopt niet langer enkel een product, maar een complete, zorgeloze leveringsdienst. Dit is een enorme meerwaarde voor Britse klanten die gefrustreerd zijn door vertragingen en onverwachte kosten.

Studie: Brexit-ontzorging als competitief voordeel

Verschillende Vlaamse KMO’s hebben zich met succes gepositioneerd als ‘Brexit-ontzorgers’. Door de volledige douaneafhandeling aan beide zijden van het Kanaal te coördineren, minimaliseren ze vertragingen. Ze maken gebruik van de korte transittijden vanuit Zeebrugge en Oostende om ’24-uurs levering’ garanties te bieden voor Zuid-Engeland. Dit biedt een significant voordeel ten opzichte van concurrenten uit verder gelegen Europese landen, die met langere en complexere logistieke ketens te maken hebben.

Uw geografische ligging is hierbij uw grootste troef. De korte transittijden vanuit de Vlaamse havens maken snelle en betrouwbare leveringen mogelijk, iets waar concurrenten van verder weg alleen maar van kunnen dromen. Het onderstaande overzicht toont de efficiëntie van de Belgische routes.

Vergelijking van exportroutes vanuit België en omgeving naar het VK
Route Transittijd Douaneafhandeling Kosten index
Zeebrugge-Dover 3-4 uur Gestroomlijnd 100
Oostende-Ramsgate 4 uur Minder drukte 95
Antwerpen-Felixstowe 8-12 uur Complexer 120
Via Nederland 6-8 uur Extra stap 110

De boodschap is duidelijk: uw status als Vlaamse KMO is geen nadeel, maar een verzameling strategische troeven. Door uw wendbaarheid, lokale verankering en betrouwbaarheid te kwantificeren en slim te communiceren, bent u niet langer de underdog, maar de slimme, logische keuze. Het is tijd om die grote contracten niet langer als onbereikbaar te zien, maar als de volgende stap in uw groei. Begin vandaag nog met het vertalen van uw lokale kracht naar onweerlegbare cijfers en overtuigende argumenten in uw volgende offerte. Het is tijd om te tonen dat ‘lokaal’ synoniem staat voor ‘slimmer’.

Veelgestelde vragen over hoe uw Vlaamse KMO opdrachten van multinationals wint

Kan ik FIT-subsidie krijgen voor marktonderzoek zonder reis?

Ja, u kunt subsidie aanvragen voor het laten uitvoeren van marktonderzoek door een lokaal kantoor in het doelland. Dit valt onder de maatregelen om internationale markten te verkennen en kan een kosteneffectieve eerste stap zijn.

Hoeveel activiteiten kan ik combineren in één gesubsidieerde reis?

U kunt en wordt zelfs aangemoedigd om meerdere activiteiten te combineren om de ROI van uw reis te maximaliseren. Een combinatie van algemene prospectie, een beursbezoek en concrete gesprekken met potentiële partners of klanten is een sterk dossier.

Zijn virtuele prospectie-activiteiten subsidiabel?

Ja, sinds 2020 en de versnelde digitalisering ondersteunt Flanders Investment & Trade (FIT) ook deelname aan digitale beurzen, online B2B-matchmaking sessies en andere virtuele prospectie-activiteiten. Dit verlaagt de drempel voor internationale marktverkenning aanzienlijk.

Marc Vermeulen, Gecertificeerd Belastingadviseur en Bedrijfsstrateeg met 20 jaar ervaring in KMO-begeleiding. Expert in Vlaamse subsidiestromen, fiscale optimalisatie en familieopvolging.